
Na de sloop van de Heilige Stede op het Rokin zijn brokstukken van de kerk verspreid geraakt over het hele land. Hoe kon dit gebeuren en waar zijn deze brokstukken nu?
Locatie
Kapel ter Heilige Stede
Kalverstraat 87
Type
Kapel
Religieuze gemeenschap
Rooms-katholieke kerk
Object
Bouwfragment van de afgebroken Heilige Stede
Maker en datering
Maker onbekend
1345-1908
Bezichtigen
Niet te bezichtigen
In 1345 wordt er ter ere van het Mirakel van Amsterdam in de Kalverstraat een kapel gebouwd: de Kapel ter Heilige Stede. Bijna 600 jaar heeft de kapel tussen de Kalverstraat en het Rokin gestaan, tot de kerk op 10 juli 1908 wordt afgebroken.
De overblijfselen van de Heilige Stede moeten kosten wat het kost worden bewaard. Vlak na de sloop zijn bouwfragmenten opgekocht door Stichting Amstelkring (nu Museum Ons’ Lieve Heer op Solder). In het museum worden de brokstukken van de heilige plaats gekoesterd en verheven tot katholiek erfgoed.
Een Lapidarium is een fysieke verzameling van stenen. Op de plaats van het lapidarium van het Rijksmuseum komt in 1914 een nieuwe uitbouw. Daarom verhuizen de stenen naar de Rijksacademie van Beeldende Kunsten. In 1926 worden de bouwfragmenten voor het laatst officieel verhuisd naar een gemeentelijke opslag.
Helaas komen niet alle brokstukken zo goed terecht. Tussen juli en oktober 1908 worden meer dan 500 bouwfragmenten aangekocht en naar het Lapidarium van het Rijksmuseum vervoerd. Vanaf deze plek zijn veel stukken meerdere malen verhuisd naar andere depots en gemeentelijke opslagen. De eeuwenoude brokstukken worden over het algemeen vrij slecht gehanteerd en beschermd. Jan Sterck (1859-1941), historicus en medeoprichter van Museum Amstelkring schrijft in een getuigenis over de verhuizing; ‘Al die belangrijke specimina van oude beeldhouwkunst werden door gemeentewerklieden over en door elkaar op wagens geladen en neergestort.’
Vanaf de tweede helft van de 20ste eeuw raken veel brokstukken uit het oog. Slechts enkele krijgen een veilige plek in een museum of depot. De meeste stenen die zijn opgeslagen in het Gemeentedepot van Amsterdam gaan zwerven. Sommige stukken duiken in de jaren zestig weer op in de werkplaatsen van antiquairs die van de brokstukken wandconsoles en bijzettafels maken. Andere bouwfragmenten verdwijnen onder de grond als dijkverzwaring of worden met vrachtwagens tegelijk in volkstuinen gestort.
Het leven van de bouwfragmenten van de Heilige Stede is een tragedie in drie bedrijven: de sloop, het zwerven en het verlies.
Anne Labroisse
Student minor Religieus erfgoed in Amsterdam (Vrije Universiteit/Reinwardt Academie), 2024
Laatst bewerkt
10 maart 2025
Bouwfragment van de Kapel ter Heilige Stede, vervaardiger onbekend, 1346, steen. Collectie Museum Ons' Lieve Heer op Solder. Fotografie Robert Westera.
Foto exterieur: Robert Westera.
Lapidarium in de tuin van het Rijksmuseum, vervaardiger onbekend, 1911-1912, foto. Collectie Stadsarchief Amsterdam.
Koomen, A., Een lamentatio over een lapidarium: de Nieuwezijds Kapel in de Rijksmuseumtuin, Bulletin van het Rijksmuseum 55 (2007)4.
Margry P.J. en C. Caspers, Het mirakel van Amsterdam. Biografie van een betwiste devotie (Amsterdam 2017).